De vier fases van dementie

Dementie is een ziekte, die vaak leidt tot ingrijpende veranderingen in het gedrag. Het treft het geheugen, de oriëntatie, het spraakvermogen en het handelen. Daarnaast kunnen er ook stemmingsveranderingen optreden zoals boosheid, verdriet en angst. Dit alles stelt hoge eisen aan het aanpassingsvermogen van de omgeving en vooral van naasten. Belevingsgericht contact met iemand met dementie betekent dat je vanuit het perspectief van diegene denkt en voelt. Hoe beleeft iemand met dementie de wereld? Om een positief contact te houden, is het goed om op deze beleving af te stemmen en mee te bewegen. Hoe we dat kunnen doen, daar zijn een aantal handvatten voor.

Wat zijn de vier fases van dementie?

Verpleegkundige en zorghistoricus Cora van der Kooij bijgedragen aan het ontwikkelen van belevingsgerichte zorg voor mensen met dementie. Zij heeft het dementieproces verdeeld in vier opeenvolgende belevingsfasen met elke een specifieke ik-beleving. Bij elke ik-beleving past een specifieke benaderingswijze. Uw naaste doorloopt misschien niet alle fasen, dat is afhankelijk van de soort dementie.

Fase 1: ‘het bedreigde ik’

Deze fase kenmerkt zich door geheugenverlies en algemene onhandigheid. In deze fase voelt de persoon met dementie zich door het haperende geheugen en verstoorde denken bedreigd in zijn of haar bestaan. Het wordt steeds lastiger om de regie in handen te houden, maar hij of zij probeert de schijn op te houden.  In het begin van het dementieproces is er een groot gevoel van onveiligheid. Dat komt omdat degene met dementie zich bewust is van zijn geheugen- en oriëntatieproblemen en van het afnemend vermogen om zelfstandig te functioneren. “Ik raak er vanaf, ik raak de weg kwijt.” Het gevoel van eigenwaarde en het zelfvertrouwen staan onder druk. Ontkenning, wantrouwen, drang naar structuur, irritatie, verdriet, terugtrekken, isoleren en zich bedreigd voelen zijn belevingen die horen bij deze fase van dementie. In deze fase is het vooral belangrijk om iemand met dementie te ondersteunen in zijn eigenwaarde en om hem te begeleiden in zijn reacties op het verlies (verliesverwerking). Bekijk ook de video hiernaast waarin coach onbegrepen gedrag Jan Kouwenberg meer vertelt over fase 1 van dementie en hoe er het beste op te reageren. 

Fase 2: ‘het verdwaalde ik’

Dit is de fase waarin de desoriëntatie in tijd, plaats en persoon toeneemt. De persoon met dementie weet steeds minder goed wie of waar hij of zij is en maakt een zoekende indruk. In deze fase zijn boosheid (soms met agressie) en niet-willen typische gedragingen. Bekijk ook de video hiernaast waarin coach onbegrepen gedrag Jan Kouwenberg meer vertelt over fase 2 van dementie en hoe er het beste op te reageren. 

Fase 3:  ‘het verborgen ik’

Deze fase is te omschrijven als ‘het geheugen vertrekt naar vroeger’. In deze fase wordt taal begrijpen en spreken vaak moeilijker. Elk woord wordt immers uit het geheugen gehaald en herkend. Het geheugen, de reeds bestaande herinneringen en plaatjes die we in de loop van ons leven hebben opgebouwd als een soort fotoboek verdwijnen in omgekeerde volgorde. Het geheugen rolt als het ware terug in de tijd. Bepaalde nieuwe en moderne elementen uit de omgeving worden niet (meer) herkend. Vaak klopt de omgeving waarin iemand verblijft niet meer met de ‘herinnering’ in het hoofd. Daarom willen mensen met dementie in deze fase vaak ‘naar huis’. Het is in deze fase belangrijk om ruimtes in te richten met tijdloze herkenbare spullen uit een vroegere levensfase. Bekijk ook de video hiernaast waarin coach onbegrepen gedrag Jan Kouwenberg meer vertelt over fase 3 van dementie en hoe er het beste op te reageren.

Fase 4: ‘het verzonken ik’

Fase 4 wordt ‘het verzonken ik’ genoemd. In deze fase kan het brein van de persoon met dementie alles wat stilstaat en geen geluid maakt niet meer verwerken. Dit wordt vaak nog versterkt door een achteruitgang van het gehoor en het zicht. In een omgeving waar het ontbreekt aan dynamische prikkels ‘voelt’ het brein van deze persoon dus niet meer dat hij bestaat. Daarom gaat de persoon zelf prikkels maken. We noemen dat dynamische prikkels. Iemand kan dan gaan roepen, zingen, plukken, wiegen etc. Dit gedrag ontstaat niet zomaar. Dit ontstaat in alle situaties waar geen dynamische prikkels aanwezig zijn. Bijvoorbeeld een stille huiskamer of de slaapkamer. 

Het zelf voortbrengen van dynamische prikkels zoals roepen, zingen of plukken kan uiteindelijk een soort verslaving worden waar de persoon  niet meer mee op kan houden. Want zonder prikkelverwerking in het brein bestaat men eigenlijk niet meer. Het is dus zinvol om in dit stadium tijdig te zorgen voor voldoende dynamische prikkels. Dan is het wel belangrijk om prikkels te geven iemand nog wel kan waarnemen en verwerken. Zoals aanraking, geur, warmte en zachte geluiden, we kunnen hiervoor de CRDL inzetten of aromatherapie.

Goed om te weten

Het is belangrijk om te weten dat de vier fases niet altijd zichtbaar in volgorde worden doorlopen. Vaak verkeert iemand gedurende de dag in de ene fase en dan weer in de andere fase. Alle vier de fases lichten we in aparte video’s toe. Elke maand volgt er een nieuwe video. Op de hoogte blijven wanneer er een nieuwe video geplaatst wordt? Abonneer je dan op ons YouTube kanaal.

Nu al meer weten

Wil je nu al meer weten? Deze informatie is ook te lezen in de folder 'De kracht van de belevingsgerichte benadering' die wij bij Amaliazorg gemaakt hebben. We hebben een versie voor medewerkers en een voor naasten van bewoners. 

De vier fases van dementie - introductie

De vier fases van dementie - introductie

Fases van dementie - fase 1 - Het bedreigde ik

Fases van dementie - fase 1 - Het bedreigde ik

Fases van dementie - fase 2 - Het verdwaalde ik

Fases van dementie - fase 2 - Het verdwaalde ik

Fases van dementie - fase 3 - Het verborgen ik

Fases van dementie - fase 3 - Het verborgen ik

Fases van dementie - fase 4 - Het verzonken ik

Fases van dementie - fase 4 - Het verzonken ik